Mogelijke risico's Lasik

De chirurgische risico’s eigen aan elke ingreep, zijn bij lasik heel beperkt. Toch als een ervaren chirurg, zoals dokter Vryghem, de behandeling uitvoert.

Geïntegreerde LASIK veiligheidscontroles

Tijdens de ingrepen worden verschillende veiligheidscontroles geïntegreerd in de montage van de keratoom en in het chirurgisch protocol. In de nabije toekomst zal deze montage vereenvoudigd worden door wegwerp-keratomen in één stuk te gebruiken.

In zeer zeldzame gevallen kan het luik onvolledig of te klein zijn, of van slechte kwaliteit onder de vorm van een gaatje in de flap (button-hole): de laserbehandeling moet dan 3 maanden worden uitgesteld. Na dit uitstel kunnen in de meeste gevallen nog zeer goede resultaten bekomen worden.         

Lasik onvolledige flap Lasik button hole                     
Onvolledige flap Button hole


In twee gevallen moet de flap opnieuw geopend worden na de initiële chirurgie. Ten eerste wanneer er in de flap plooien verschijnen daags na de LASIK behandeling (omdat de patiënt zich in de ogen heeft gewreven of omdat hij de ogen hard heeft dichtgeknepen). Ten tweede wanneer epitheelcellen onder de flap woekeren. Dit is weinig frequent. Postoperatieve infecties zijn nog zeldzamer. 

Kortstondige droogte na een LASIK behandeling

De patiënten vertonen vaak droge ogen na de ingreep; deze droogte kan met behulp van kunsttranen worden voorkomen of behandeld. Enkele patiënten klagen over halo's rond de lichten 's nachts, vooral als de te corrigeren myopie hoog is of als de patiënt grote pupillen heeft. In de meeste gevallen is deze hinder tijdelijk.
De kostprijs van de laserapparatuur en de onderhoudskosten verklaren de hoge prijs van de procedure.

DLK

DLK is een zeldzame complicatie na LASIK waarbij de patiënt na een normaal verlopen ingreep een waas ontwikkelt in de ruimte onder de flap, de zogenaamde interface. Dit wordt ook wel beschreven als Sands of Sahara. Dit effect wordt veroorzaakt door een reactie van het hoornvlies op de aanwezigheid van steriele of dode vreemde cellen (‘infiltranten’) in de flap of interface.

De complicatie komt meestal voor in de vroege postoperatieve periode van de eerste 6 dagen na de ingreep, maar kan in uitzonderlijke gevallen pas maanden of jaren na de ingreep voorkomen. Het zicht van de patiënt is wazig en het oog pijnlijk en tranerig. Helder licht wordt moeilijk verdragen.

DLK kan doorgaans behandeld worden met medicatie, o.a. cortisone druppels. In zeer zeldzame gevallen is het nodig de flap weer op te tillen om een aantal van de infiltranten te verwijderen, waarna de flap weer op zijn plaats wordt gelegd.

Keratectasie

Keratectasie is een progressieve uitpuiling van het hoornvlies die kan optreden o.a. na een voorafgaande chirurgie zoals bijvoorbeeld LASIK. Dit komt uiterst zelden voor. De eerste symptomen treden een aantal maanden tot soms twee jaar na de ingreep op. De patiënt ziet dan progressief slechter door een toenemende onregelmatige vervorming van het hoornvlies (astigmatisme).
Er bestaat sinds kort een behandeling om deze vervorming te stabiliseren, de ultra-violet-crosslinking. In extreme vormen is een hoornvliestransplantatie nodig.
Deze complicatie vermijden we door een zorgvuldige screening van de patiënten vóór een eventuele refractieve ingreep. Hierbij wordt vooral gezocht naar fruste keratoconus, een afwijking in het hoornvlies die geen aanleiding geeft tot symptomen maar wel gedetecteerd kan worden met elevatie topografie (Pentacam of Orbscan).

Wenst u meer informatie of wilt u meteen een afspraak maken?

Contacteer ons of bel 0032 (0)2 741 69 99